Ik wil geen boeken meer kopen, hoe kom ik aan boeken? Vandaag wordt Tjasker 46 ontruimd, een wiek van één van de vier molenflats in de Molenwijk. Dat adres ontwaar ik op één van de honderden kerstkaarten die bij de stortplaats liggen. Een man bladert door de boeken die er liggen maar neemt ze niet mee. Hij zoekt bankbiljetten die mensen als bloemen tussen de pagina’s te drogen leggen. ‘Ik heb vorige week 250 euro gevonden’, zegt hij. ‘Je vindt hier geld.’ Hij duwt me de kerstkaarten en een stapel witte onberispelijke enveloppen in de hand. ‘Kun jij gebruiken.’ Een man voert nieuwe lading aan in een boodschappenwagen. Doos na doos komt uit het flatgebouw. Als gieren zitten we te wachten, als eekhoorns proppen we onze wangen vol. Ik hoef me niet te haasten, niemand wil de boeken. Gewild: alle bokalen (jeu de boules), sieraden en metalen dingen. Ik neem een tafeltje mee dat vanwege het gietijzeren onderstel zwaarder blijkt dan vermoed, een doos potloden, en een stapel boeken. Even denk ik aan de man die beweert dat de functie van de mensheid het versnellen van entropie is. Als ik ze laat liggen regenen ze uit elkaar. Er zit één boek tussen waar ik meteen aan begin als aan een zak drop, Ian Hamilton, Op zoek naar J.D. Salinger.