Rond de vuurtoren van Westkapelle vloog een zwerm vogels. In duikvlucht verdwenen ze achter een huizenblok. Plots scheerden ze langs de toren weer omhoog. Daarna doken ze opnieuw naar beneden. Rond de lichtkoepel cirkelden ze stationair. Strakblauwe lucht. Dat duurde een minuut of tien. Ze speelden een vrolijk spel of ze zagen dat we keken. Naast ons had een man zijn auto in de smalle berm geparkeerd.