De man vraagt de filosoof hem te genezen van zijn wanhoop. ‘Wanhoop? Ik zie geen wanhoop,’ zegt de filosoof, maar de man dringt aan. ‘Uren lig ik ‘s nachts wakker. Gedachten aan de dood vullen me met horror. Mijn tijd slinkt – tot de dood me aan de lippen staat, me de adem zal benemen. Mijn uitzicht is gruwelijk.’ De filosoof knikt. Hij heeft alle tijd van de wereld, geduld van duizenden jaren. ‘Ah, angst,’ zegt hij. ‘Ik verwonder me er al langer over waarom we juist ‘s nachts door angsten geplaagd worden. Ik geloof niet dat donker en duisternis ze baren. Angsten lijken eerder op sterren, altijd aanwezig maar aan het zicht onttrokken door de verblindende zon.’ De man gaat naar huis, doet alle lampen aan, en slaapt als een roos.

#whennietzschewept #yalom