Ik heb drie televisies – eentje om bij tanden te poetsen, eentje om bij te koken en eentje om in slaap te vallen. Tijdens dat laatste, stuitte ik op een dichter, een schrijver en een toneelspeler die aan een tafel zaten. Ze keken naar een scherm waarop Billy Collins gedichten voorlas. Ook was er een jongetje van een jaar of twee dat poëzie van Billy Collins uit het hoofd had geleerd. Mensen in de studio keken naar de mensen aan tafel, naar Billy Collins en naar het jongetje. Ik keek naar de mensen in de studio, de mensen aan tafel, Billy Collins en het jongetje, terwijl ik mijn ogen had kunnen sluiten om naar de gedichten te luisteren. Zo wordt u gelukkig is de titel van een boek met 26 gedichten van Billy Collins, in het Nederlands vertaald en van commentaar voorzien. Kun je je gelukkig lezen? Tussen de gedichten door – in boek en op televisie – vertelt de schrijver aan tafel waarom hij ‘the guest’ vertaalde met ‘te gast’ en niet ‘de gast’, daar doe je zo een dag over. Ineens schieten de vertaalcolumns van Barber van de Pol me te binnen. Zo werkt de geest. Die blijft niet hangen bij Billy Collins, hoe ik ook snak naar een boek met de belofte van geluk. Ik bestel Alles in de wind.