Het begint met kijken. Dat is het stilzwijgend contract: iemand doet iets, ik kijk. Wat ik zie in Q61 als Dario kledingstukken opraapt en ronddraagt, vraagt Ann. Ik aarzel. Ik zie precies dat. Een jongeman, in het wit gekleed, die kledingstukken opraapt en ronddraagt. Ann ziet mijn verstarring, zegt hoffelijk dat er geen goed of fout antwoord bestaat. Ik schaam me om de gijzeling van haar beeld voor privédoeleinden. Het eindeloos repeterende van de handeling, het vergeefse, dat is wat ik zie. Dario blijft ronddwalen, de laag kleren groeit, tot hij aan het eind, een kort moment, alles wat hij heeft verzameld uit handen laat vallen. Het is een gemene vraag. Ann positioneert zes mensen tegelijk op de vloer. Ze laat het schemeren. Ze zadelt me op met Judit over wie ik moet nadenken. Ik had moeten antwoorden: Judit.