Alan Watts schrijft,

‘I have always been fascinated by the law of reversed effort. Sometimes I call it the backwards law. When you try to stay on the surface of the water, you sink; but when you try to sink, you float. When you hold your breath, you lose it— which immediately calls to mind an ancient and much neglected saying, Whosoever would save his soul shall lose it’, schrijft Alan Watts.

Zo begint het boek.

The Law of Reversed Effort doet me denken aan The Law of Paradoxical Intent. Een slapeloze man, tot wanhoop gedreven, valt maar niet in slaap, wat hij ook probeert. Tot hij het omgekeerde wil. Hij moet wakker blijven. Prompt valt hij in slaap. 

Ik heb dit geprobeerd, en het werkt meestal. Je wordt inderdaad slaperig bij de gedachte dat je wakker moet blijven. Een plicht – blijf wakker! – kan me blijkbaar om de tuin leiden, daar wil het onderuitkomen. Het lichaam ontspant bij een ongewenst doel. Slapen, rusten is iets anders.

Er staat te veel op het spel bij iets gewensts. Ook weet je wel dat je uiteindelijk, als grondwet, niet krijgt wat je wil. Je zal doodgaan. Er zit iets ingebakken in de kosmos, de orde, dat fundamenteel teleurstelt, waardoor je glimpen daarvan verwacht bij kleinere aangelegenheden.

‘Ik moet in slaap vallen’ draagt vermoedelijk de mislukking in zich omdat je – ingeval van slaap – eigenlijk niets, of weinig, wil. Wegzinken in zwart. Niets willen (niets denken, niets doen) is de paradox. Willen en denken zijn vrijwel altijd op iets zijn gericht.  

Ik geloof in deze wet, dit psychologisch zelfbeïnvloedingsprincipe, hoewel ze zweemt naar magisch denken en handelen, naar bijgeloof. Baadt het niet dan schaadt het niet. Beter mee verlegen dan om verlegen. En ook, ik ben liever het lot te slim af, kinderen die vragen worden overgeslagen, ik vraag wel iets anders.

Deze wet vormt balsem voor de ingetogenen van geest. Iets willen door het niet te willen. Niet te veel vragen. Niet te veel hopen. Nu denk ik, daarom past ze bij me: ze is teleurstellingen bij voorbaat voor.

Toch blijft het gek dat het tegenovergestelde willen beter lijkt te werken dan niets willen, of, in het geval van slapeloosheid, aan niets denken behalve aan schapen die over een hek springen, wolken die overdrijven, en zwarte eindeloze vallende dieptes zoals Anish Kapoor ze patenteert en maakt en over de aarde verspreidt. 

Alle denken ‘wil’ iets, heeft een richting.

Dit is de eerste gedachte die opkomt bij het openslaan van The Wisdom of insecurity. Ik ben 54 minuten onderweg, terwijl ik stilsta bij het bord en de wandelroute in me opneem. Ik besluit om Watts te proberen.

Niets denken is vermoedelijk onmogelijk.

Als ik lees denk ik niets meer, daarom lees ik, maar net als bij een wandeling kijk je steeds op, en om je heen, al die pracht, kom je op een zijspoor, zie je, als je stilstaat om voorover te buigen een zwarte rups die over het pad heen racet naar de berm.