Ik kan nog 680 kilometer rijden, vertelt de auto, dan is de benzine op. Een kwartier later, inmiddels op de snelweg, is dat 720 kilometer. Hij voorspelt de toekomst, schept verwarring. Gunstige omstandigheden duren niet voort. Wie onophoudelijk informatie verschaft, kweekt wantrouwen. Je extrapoleert de extrapolatie. Nog een kwartier later, bijna thuis, bebouwde kom, wachtend bij een verkeerslicht, is iedere rooskleur verdwenen. Ik ben blij dat ik geen rekening hoef te houden met hoe iemand denkt, wat hem geruststelt. Ik rijd in een auto waarvan de tank benzine langzaam leegraakt.