Op internet heeft iemand uit één boek exact dezelfde notities verzameld als ik. Uncanny valley. Die persoon moet ik wel zijn. Maar ik zit hier, thuis, op een stoel, mijn notities staan niet online, ze staan op een geel memoblaadje achter glas in mijn computer. Sinds ik op internet zwerf, sinds internet, eigen ik me alles toe, ook citaten uit boeken (postdigitale gewoonte), maar dat is dus overbodig of in ieder geval redundant want iemand anders doet dat. Niet dat mijn leven voor internet echter voelde, of wijdlopig divers was, maar er was slechts één wereld en die wereld had elk afzonderlijk ding in zich, en maar één ik. Ik hoefde geen digitaal spoor na te laten van analoog lezen, waarmee ik nu kan stoppen, omdat anderen dat op zich genomen hebben.