In bed, raam open, hoor ik niet alleen ruisende bomen, ik zie ze. Het waait hier altijd, sinds ik hier woon. Boom + boom + boom zegt een Chinese man als hij bos bedoelt (Chinees karakter). Ik bedoel drie bomen, ze vullen het raam. In de verte klinkt de hoorn van een schip, een organisme dat zich ontlast. Verderop, achter de drie bomen, bij het Centraal Station, verlaat een cruiseship Amsterdam. Denkend aan Holland zie ik schepen – in hun onverstoorbare tempo, traag als het draaien van de schoepen van windmolens. Die wind! Ik kijk naar ze, de Gemeente Amsterdam heeft onlangs webcams geplaatst. Ik zie mensen het pontje betreden, ik zie mensen voor hun hut staan, ik zie het glas waaruit ze drinken, ik zie ze zwaaien, ik kan ze aanraken. Terug op de kade zie ik ineengedoken wachten. Alles live, alles real time, alles stroomt. Soms een ruk aan de camera, alsof iemand een ruk geeft aan een halsband. Het opsommen van gebeurtenissen en observaties is een andere manier van schrijven dan wat het weblog wil, ik een unieke categorie voor elk bericht. ‘Drie bomen’ of ‘traagheid’ of ‘I’ve seen the future and I enjoy it’ of ‘log organisme’. Je bouwt een huis waarvan de functies van tevoren onduidelijk zijn (slapen, werken, zitten, koken, opslaan, bescherming, voorzorg). Wie een database vult is bezig met sorteren. Wie een database leest zoekt iets.