Reuzenherten hadden een gewei ter grootte van een kroonluchter. Ze vormden een fascinerend voorbeeld van het geduld dat de natuur soms met apert belachelijke evolutiefouten had. Reuzenherten hadden zich tweeëneenhalf miljoen jaar lang gehandhaafd, en dat ondanks het feit dat hun gewei voor gevecht en zelfverdediging te log was en hun het zoeken naar voedsel in dicht struikgewas of oerwoud onmogelijk maakte. – Kurt Vonnegut, Galápagos