De dichte deur. De schone, opgevouwen was. Het gesneden gazon. De tuinschaar die aan de wand van het schuurtje in zijn getekende omtrek hangt, naast de hamer. De warme maaltijd aan het einde van de dag, liefdevol opgeschept. Gedaan hebben voelt als een weldaad. Ik voel me goed als alles weer op zijn plek ligt.

Ik kan zo niet verder. Ik wil me verbeteren in nietsdoen. Ik wil de waarde ervan inzien, zodat ik me eraan kan overgeven. Op het web ontdek ik het bestaan van Japanse essays, Essays in Idleness, The Tsurezuregusa of Kenko (14e eeuw). Deze essays staan ook bekend als The Harvest of Leisure. Oogst klinkt bevredigend.

Yoshida Kenkō schrijft: ‘In alles is uniformiteit ongewenst. Iets onvolledig laten, maakt het interessant en geeft je het gevoel dat er ruimte is voor groei.’ Bij de bouw van het Keizerlijk Paleis laat men altijd één plaats onaf. Ik weet niet wat bedoeld wordt: ik duw op de knop van de machine, zodat ik zal weten.

Het web wast me meteen de oren. Mijn zucht naar volledigheid is een teken van onvoldoende intelligentie staat even verderop. ‘It is typical of the unintelligent man to insist on assembling complete sets of everything. Imperfect sets are better.’ Het web is een goede praxis voor mensen die zich willen oefenen.

(bij het lezen van Het exacte verhaal, Uitgeverij Nieuwezijds)

«