Op elke hoek van de straat staat een machine om vers brood uit de muur te trekken. Ik neem tenminste aan dat het vers is omdat geen broodzak er hetzelfde uitziet, geen brood even groot is, en er met de hand geschreven briefjes bijhangen met telefoonnummers. Alles is fictie in het buitenland, je bent ziende blind, horende doof, ik schrijf wat ik voel, onderbuik, er kan best schimmel op staan. Als je hier in de goot ligt, lig je niet aan de rand, maar in het midden van de weg. Bushokjes heten schuilhuisjes. Men trekt hier foto’s, net als het brood, men neemt ze niet, men maakt ze niet. Een chauffeur zet zijn volle bus stil om te vertellen hoe ik moet stappen. Pinnen, een numerieke code toetsen, bestaat niet, pinnen is bankcontact. Iemand waarschuwt, zo idyllisch is Vlaanderen niet.