Dagelijkse dingen geef ik krediet, het computerding, het lepeltje in de koffie, de tomtom die tegen de voorruit van de auto geplakt zit en kringen achterlaat. Ik ben blij met het feit dat we geluid in onze borstzak kunnen meedragen, melk de bittere smaak van koffie verzacht, dat ik de weg naar Eindhoven kan kwijtraken zonder dat de digitale bijrijder haar geduld verliest of haar stem verheft, integendeel: ze zal ‘omkeren’ zeggen in zachtmooi Vlaams.