‘Ben je een buikslaper of zijslaper?’ vraagt hij. Hij gaat op zijn buik liggen en neemt het hele bed in. Hij gaat op zijn zij liggen en neemt het halve bed in. Hij strekt zich loom uit, een arm ontspannen onder zijn hoofd, zijn hand bungelt buiten het bed. Zijslaper, zeg ik. Ik wil een zijslaper zijn. Een zijslaper laat anderen enige ruimte. Hij stelt ook intieme vragen. Gelukt om partner te vinden? Gelukt om te reproduceren? Beschikbaar? Vruchtbaar? (Geslacht, leeftijd, burgerlijke staat, wel/geen kinderen. Het moet allemaal de computer in.) ‘Waarom moet je dat weten?’ zeg ik. Je komt ter wereld en het registreren en monitoren begint en daar komt achterdocht en wrevel van. Eitjes tik ik stuk aan de spitse kant.