Het begin zal helpen.

Er was een tijd op aarde dat als je je hand in zee stak en terugtrok die met een wit laagje bedekt was. Weekdieren doen er alles aan om hun weke delen te beschermen tegen dat laagje – ze doen dat met slijm. Daarom is de zee zo glibberig. En waar het niet lukt maken ze van kalk een deugd: een schelp, met ingenieuze kamertjes. 

De man haalt me uit mijn sluimer. Ik zit in een tredmolen van zelfbevestigend onbegrip van de wereld, hij staat op een palrad. Zijn wereld wordt complexer, met steeds meer regelsystemen, accumulatief, één kant op. Atmosfeer. Hydrosfeer. Biosfeer. Weekdieren beschermen zich tegen water?

De man is een brandglas.

Voordat hij een oester in zijn mond steekt kijkt hij naar duizenden haartjes. Hij slaat een steen doormidden, weet dat dit zijn leven wordt, kijkt door een microscoop: zijn spiegelneuronen gaan zich richten op Emiliania, een eencellig algje, een microscopische organisme, dat hem diep inzicht zal geven in de vorming van kalksteen, het grootste reservoir op aarde van koolstof en CO2. 

Hij heeft een ander brein, een ander leven, kamertjes vol lucht gemaakt.

We hebben al miljarden jaren last van kalkoverlast, zegt hij. Water is met kalk oververzadigd, het probeert kalk kwijt te raken waar het kan.  Heb ik al eens gekeken naar de steencycli? Mijn brein kan dit niet verwerken. Ik heb het probleem van de mossel niet, die zich vastklampt aan de rots.

Heb ik een skelet omdat regelsysteem aarde kalk kwijt moet?

All life breathes together.

Wijsheid is noodgedwongen op een ander niveau kennis integreren omdat realiteit overweldigend is, niet te te bevatten. Het past niet. Mijn fontanellen hebben zich al gesloten. Wijsheid is ego die zich overgeeft. Ik ben groter dan ik, ik zal niet begrijpen. Devotie is een wilsbesluit: ik zal teruggeven wat ik krijg: De ontdekking van de aarde (Peter Westbroek).