Ik kan prima zonder kunst – lekker op de bank met twee poezen en koffie – maar niet zonder het idee kunst en het feit dat kunst – ongeacht mij – bestaat, dat Man nutteloze, mooie, ijdele, verontrustende, troostende, tot nadenken stemmende dingen maakt. Geen argument zal daarom sterk genoeg zijn. Ja, natuurlijk kun je zonder kunst. Je kunt ook zonder jou, mij, ons.