Sommige dieren verkleuren. De Russische dwerghamster en de sneeuwhaas kleuren wit in de winter, niet omdat het kouder wordt, maar langer donker: ze reageren op licht. Er zijn experimenten bekend waarbij mannen Russische dwerghamsters in kooien hebben gestopt bij temperaturen hoger dan vijfentwintig graden, hoogzomer, maar zonder licht: ze blijven wit, puffend in hun hokjes. De meeste fokkers zijn echter geïnteresseerd in het omgekeerde, ze zetten lampen op hun beestjes, alsof ze geen vlees maar hennep kweken. Met alle macht proberen ze te voorkomen dat dwerghamsters in wintervacht gaan. Een Russische dwerghamster die eenmaal in wintervacht is geweest is daarna minder mooi. Dit heeft niks met functionaliteit te maken, een dwerghamster in een kooi is geen prooi zoals een sneeuwhaas aan een bosrand of in het open veld een prooi is en van wie de witte vacht beschermt tegen vogelklauwen, vossen en lynxen, tegen gezien worden. Maar nu is er een probleem. Sneeuwhazen zijn soms wit terwijl er geen sneeuw is, bruin terwijl er wel sneeuw is: makkelijke prooien. Je kunt zeggen, het klimaat schopt alles in de war maar zo simpel is het niet.