Zia Haider Rahman schrijft in In het licht van wat wij weten:

Ik probeerde haar te doorgronden omdat, wel, omdat we veel waarde hechten aan het doorgronden van de ander, van onszelf, van de wereld. De andere reden is dat het doorgronden een vorm van controle betekent, het brengt de storm in ons hoofd tot stilstand, het biedt ons overzicht en geeft ons houvast waar de behoefte het grootst is, in die bühne van de geest waar de beelden van de mensen die we kennen zich aan onze regie proberen te onttrekken.

[…]

Zafar had zichzelf ten taak gesteld kennis te vergaren, en nu is het mij duidelijk, op een manier die ik voorheen nooit heb gezien, dat hij dat niet deed om ‘een beter mens’ te worden, zoals de uitdrukking is, maar om vaste grond onder zijn voeten te krijgen. Dat wil zeggen: hij zocht naar een thuis om te kunnen wortelen. Ik denk dat hij daarin heeft gefaald en dat hij het inzicht heeft gekregen, zoals hij zelf beweert, dat begrijpen niet datgene is wat het leven ons heeft gegeven, dat antwoorden alleen tot nieuwe vragen leiden en dat de enige missie die voor ons beschikbaar is, een die wij zouden kunnen vervullen, de missie om de vragen te ontvouwen is, om de rivier te blijven volgen al weten we niet of die naar de zee leidt, en onze plaats te aanvaarden als dienaren van het leven.

»