We bellen elkaar, maar willen elkaar liever niet zien, we drukken dus op de omkeerknop zodat we niet onszelf filmen, maar wat om ons heen gebeurt, terwijl we tegelijkertijd naar het schermpje kijken om te zien wat bij de ander gebeurt.

Apple noemt deze applicatie FaceTime, tijd voor elkaars gezicht.

Ik livevlog bijvoorbeeld het feestje waar ik ben, zij livevlogt haar stad, dat ze yoga doet, een bord salade, een fanfare op een platbodem die onder een brug glijdt alsof het 1950 is in een film van Bert Haanstra, en een werkafspraak, al had ik als ik eerlijk ben liever haar kat gehad, dus dat ze thuis is, maar die krijg ik niet.

Het is niet dat ik daar wil zijn, bij haar, of zij hier, bij mij, we zijn nou eenmaal goed in virtueel contact zoals anderen goed zijn in wiskunde, al duurt wat we doen zelden langer dan een minuut, het is te moeilijk, filmen en film kijken, in één en dezelfde oogopslag, deze lapdance-voor-twee.

Wij is een complexe vorm.

Je weet niet weet waar je terechtkomt, je zit bij elkaar op schoot, ergens, je performt en je ondergaat het, het stopt als je van vermoeidheid de knop niet langer kunt induwen of de concentratie niet langer kunt opbrengen, en dan is wat je hebt weg.