Het idee van varen is dat je ergens heen moet, het is geen vissenkomactiviteit, je zwaait naar elkaar. Het IJ is woest en wild in een sloepje, het gejakker van de motor verjaagt de stilte op het zijkanaal. Mensen zitten op stoelen voor hun woonboot. Ik kijk door hen heen door de ramen naar binnen waar mijn fantasie stopt. Ik prefereer lezen boven elke activiteit – vliegen, rijden, lopen – omdat je, hoeveel kilometers je ook aflegt, alweer thuis bent en geïnstalleerd, je kent de witte muren, je weet dat je daar heen moet. ‘Zijn gebrek aan doodsangst verschafte hem geen vreugde meer. Of met andere woorden: hij was niet bang meer om te sterven, maar hij vroeg zich wel af wat het betekende om geleefd te hebben en wat dat betreft, waarom!’ – Het boek der gelijkenissen (Per Olov Enquist/Cora Polet)