Onze bewegingen, in het klein en in het groot, zijn gericht op doelen. Kijkt u nu eens naar onze cultuur. Het hoogste vermaak van onze cultuur is voetbal. Gelukkig, het doel is zichtbaar. Daar moet de bal in geschopt worden. Het meest volmaakte van de schepping, de menselijke hand, mag niet gebruikt worden, die bungelt er voortdurend maar bij, functieloos. De keeper mag daarmee alleen de bal tegenhouden. Let u nu eens op handbal. Je geeft de bal of je ontvangt hem: zachtaardig, hevig, geraffineerd, onverwacht, op allerlei manieren. Eigenlijk het beeld van een gesprek tussen mensen. Een schop tegen een bal is precies het tegenovergestelde, zo oneerbiedwaardig, minachtend mogelijk. En dan volleybal: nu ga je voetballen met je hand. Je geeft nooit, je ontvangt nooit. Altijd afweer, terugkaatsen: een ongesprek.