Het werk van Maarten Sleeuwits (1978) valt op omdat het op je hand wordt gezet, omdat je het mag bevoelen, aanraken, alleen kijken is slechts een halve ervaring. Sleeuwits maakt kleine objecten en elk object heeft één functie. Het vereist concentratie om die ene functie aan het object te ontlokken: uitvouwen, uitschuiven. Je moet de beweging ontdekken, het eerste zetje voelen, en dan gaat het verrassend simpel, komt de samengebalde energie van het materiaal vrij, is de vorm veranderd. Dat is een fantastische ervaring – opluchting ook, want in eerste instantie durf je niet zo goed. Sleeuwits gebruikt fragiel materiaal: telescopische glasplaatjes, 0.2 millimeter dun keramiek, knisperende velletjes aluminiumpapier, flinterdunne bamboestokjes. Toen ik zijn atelier bezocht, maakte hij aan zijn werkbank een reserveobject, als voorzorg voor de stroom publiek die tijdens de twee RijksakademieOPEN-dagen langs zal trekken.

Maarten Sleeuwits reikt me twee objecten aan: Satelliet en Blokje. Satelliet is in dichte toestand een spiegelend, rechthoekig torentje. Als je voorzichtig duwt klappen alle wandjes open, onthult zich het binnenste, het mechaniek, een bamboeskelet, en lijkt de vorm inderdaad op een satelliet, met uitgeklapte, transparant geworden wandjes. Blokje is een blokje dat bestaat uit segmenten van keramiek die over elkaar heen schuiven: je beweegt je vingers naar elkaar om het blokje in elkaar te duwen, en plots schuiven de segmenten in andere richting van je weg. De vormverandering is in onverwachte richting, en onverwacht makkelijk. Het object is zwaar: het blokje is gevuld met 24 karaats goud, en weegt meer dan 300 gram. Toch is die verrassing niet waar het Sleeuwits om te doen is. Hij wil dat je tijd doorbrengt met zijn objecten, je in de juiste concentratie brengen. Zo is Blokje op Japanse wijze in een zijden doek gewikkeld, om het object te beschermen en om je in een bepaalde mentale toestand te krijgen, vooraf aan de eigenlijke ervaring.

Te midden van het beeldbombardement dat de RijksakademieOpen in 52 ateliers over je uitstort – video, geluid, schilderijen, installaties, tekeningen is Sleeuwits’ atelier een plek waar je ogen tot rust komen. Je hand weegt de dingen. Behalve de kleine handpalmobjecten staat er in Sleeuwits’ atelier een manshoge boog van Surinaams groenharthout, gespannen tussen twee blokken Grieks streeploos marmer. Eén blok marmer op de vloer, één blok marmer tegen de wand, elk blok weegt tien kilo. Die blokken marmer zijn zo te verschuiven! Er ligt ook een lang stuk lood, vervormd onder zijn eigen gewicht tijdens het sjouwen. Als je een uiteinde optilt, voel je het inzakken. Sleeuwits vertelt dat hij de laatste tijd grote objecten maakt. ‘Kijken of ik het naar een andere schaal kan brengen.’ De boog-onder-spanning kan elk moment knappen, zo lijkt. Jammer genoeg mag ik niet zelf met de blokken schuiven, doet Sleeuwits dat. Hij zet de boog onder meer en minder spanning.