Fantastische foto (onwerkelijk, niet bestaand, betoverend) van een man met een glazen bol, vastgegespt aan zijn schouder, op de plek waar je zijn linkerarm verwacht. De man zit op een stoel, hij draagt een wit hemd, zijn rechterarm zit vol tattoos. Hij oogt als een glasblazer die zichzelf zojuist een bol aan zijn schouder geblazen heeft. Het brein is grillig. Ik heb dit beeld onthouden: man met bol.

Ik word dagelijks overspoeld door beeld, maar heb geen moment het idee dat ik me moet vastketenen aan mijn bureaustoel, oogleden dichtgeplakt met was, om de stormvloed te trotseren, me staande te houden. Ik raak niet overspannen bij dat teveel, sterker, ik voel vaak niets. In het verlengde daarvan: ik voel vaak veel bij iets. De werking van het brein lijkt enigszins op de werking van een communicerend vat.

Revital Cohen, de ontwerper van de bol – onderdeel van een apparaat, getiteld Phantom Recorder – wil fantoomsensaties die het brein na het verlies van een ledemaat genereert, registreren en bewaren, er een uitweg voor vinden. Zij richt zich niet op het herstellen van verloren gegane functies, maar op wat gewonnen is, de nieuwe gevoeligheid van het brein, het extra vermogen om vreemde, specifieke sensaties te ervaren.

Toen ik de foto opzocht trof me behalve haar naam – Revital – nog iets, de man is niet alleen zijn linkerarm kwijt, ook de helft van zijn tattoos. Talk to Me, Paola Antonelli, I Don’t Know Where I’m Going But I Want To Be There – The Image in the Age of Visual Obesity, symposium, MOTI museum of the image