We zijn dubbelwezens, verlangen evenveel naar het duister als naar het licht, bedenk ik me als ik zie hoe ze de kussens, twee grijze stijlvolle honden die overdag roerloos op de bank liggen, het fort van stof bewaken, gebruikt om de kieren in de slaapkamer te dichten. Het is half acht ‘s ochtends, ze probeert met alle macht – half slapend – het binnenkruipende licht tegen te houden, met de kussens (zandzakken inmiddels) de oprukkende zonvloed tegen te houden. Ik kan ook schrijven dat ze van slapen houdt.