In een antiquariaat in Antwerpen staat Roem is een slang van Vasili Rozanov op een plank, ik ben Hollander, ik vind het boek te duur, een belachelijke opmerking, ik heb het boek niet gelezen, had ik dat gedaan dan had ik mijn mond gehouden en het snel in mijn tas gestoken. Goedkope boeken zijn een teken van gebrek aan cultuur. Boeken moeten duur zijn. Het is geen wodka. Een boek moet trots zijn, zelfstandig en onafhankelijk. En daarvoor moet het in de eerste plaats duur zijn. Vasili Rozanov noteert nauwgezet de omstandigheden waarin hij schrijft. Hij sluit zijn ‘solitaria’ ermee af. De bepalingen staan tussen haken, een stootkussentje. In de trein. Bij het rollen van een sigaret. Een herinnering bij de thee. Bij het ordenen van de bibliotheek. Tijdens een verblijf in Moskou. Diep in de nacht. Bij mijn muntenverzameling (komt regelmatig voor). In de tuin, al kijkend naar de hemel. Bij het schrijven van een artikel over een congres van brandweerlieden. Na de aankoop van drie plaatsen op de begraafplaats van Volkovo. Het zieleleven gaat zijn eigen gang. Het kent een eigen stroom, onafhankelijk van plaats en omstandigheden, het wordt door iets anders voortgestuwd. Op een dag noteert hij dat hij zijn munten, ‘antieke munten, om naar te kijken’, al een paar maanden niet tevoorschijn heeft gehaald. Dan raken die twee stromen elkaar even.