‘Schrijven, schrijven over zichzelf in de eerste plaats en over zijn ongeschiktheid om anderen te bereiken, is een middel, niet om die leegte te betwisten of op te vullen, maar om die te laten zien,’ heb je geschreven.’ […] ‘Is het niet eerder omgekeerd, dat men zelf onbereikbaar is’ […] ‘en schrijven dus een middel om behoed bereikbaar te zijn?’ […] ‘Wie schrijft, over zichzelf schrijft, is bereikbaar. Via een omweg: de garantie tegen onverdraaglijke intimiteit. De diepte van het gevoel ligt aan de oppervlakte van de woorden. Die woorden, de dialoog met de lezer, houden alles op afstand.’ – Een brief aan Jan Siebelink, C.O. Jellema