Opeens was daar het antwoord op de vraag – even onverwacht als de aanblik van vier blije paarden op hun rug in de wei. Niet de zonnebloemen van Van Gogh. Niet het zwarte vierkant van Malevich. Niet de doorgesneden haai op sterk water. Niet de koeiekop met vliegen en het voor de eeuwigheid bestemde tegendeel – de schedel ingelegd met diamanten. Geen plaatjes in kunstgeschiedenisboeken. Dingen die je denkt te kennen maar nooit zelf gezien hebt. Maar. De intensiteit waarmee je om je heen kijkt. Dat je bijvoorbeeld vogellijkjes opraapt en daar truitjes voor breit. Zoiets is binnen bereik.