Wijze raad kun je kopen. Ik schreef me in voor een cursus literaire non-fictie, omdat ik dacht dat je schrijven kunt leren, terwijl ik inmiddels vermoed dat je het moet doen. ‘Non-fictie kost veel tijd, dat kun je er in de avonduren niet bijdoen,’ zegt Annejet van der Zijl, gastdocent, maar zoals zij het zegt klinkt het niet erg, ze zegt het lachend. Alles komt goed, alles is al goed. Ze spreekt over liefde en geduld, twee onmisbare ingrediënten voor het schrijven van non-fictie. Net als natuurlijk de hulp van een aardige archivaris en aardige documentalist. We hangen aan haar lippen zoals puppies aan de tepels van hun moeder. Gulzig zuigen we haar woorden op, de Moleskinetjes in. Ze vertelt nog wat over Bernhard, de biografie waaraan ze op dat moment werkt. In de auto terug naar huis bedacht ik dat het eenvoudiger is om een roman te schrijven, dan kun je in je badjas in de woonkamer blijven zitten. Dat is misschien het moeilijke van non-fictie waar Annejet het over had en nog een reden dat je het er beter niet in de avonduren bij kunt doen: je zou al die mensen, onmisbare bronnen, alleen maar in het donker treffen. Inmiddels is Annejets boek Anna verfilmd en komt boek Bernhard eraan.